De hoogenergetische laserstraal schijnt op het oppervlak van het werkstuk, waardoor het werkstuk het smelt- of kookpunt bereikt, terwijl het gas onder hoge druk het gesmolten of verdampte metaal wegblaast. Door de beweging van de straal ten opzichte van het werkstuk wordt het materiaal uiteindelijk in een spleet gevormd om het snijdoel te bereiken.